Krab achter je oren deel 11: ’10 Tips voor teksten op B1 niveau’

Zoals ik je beloofde krijg je deze keer tips over het schrijven van teksten op B1 niveau. De uitleg over de taalniveaus gaf ik in deel 10 van ‘Krab achter je oren’. Om deze terug te lezen klik hier of scroll even naar beneden.

Van onze 17 miljoen inwoners in Nederland hebben ongeveer 1,3 miljoen mensen tussen de 16 en 65 jaar moeite met lezen en schrijven. In het grootste deel van de Kop van Noord-Holland, waar ik woon, is dat 11-13 % van de bevolking. (Bron: stichting lezen en schrijven).

Ik schrok best wel van dit hoge percentage. Ik ben altijd al een voorstander geweest van het schrijven in begrijpelijke taal. Op de scholen waar ik gewerkt heb, had ik ook een aantal ouders waar ik de inhoud van de nieuwsbrief mee checkte of alles begrijpelijk geschreven was. Zij waardeerden dit en ik heb hier veel van geleerd. Ook vertaalde ik ingewikkeld beleid over veranderingen naar begrijpelijke taal. Zo was voor iedereen duidelijk wat de bedoeling van die tekst was.

Maar nu de 10 tips:

  1. Leef je in in de lezer. Wat is een interessant thema in zijn of haar belevingswereld? Of waar moet deze lezer echt iets over weten? Wat leert de lezer van jouw tekst?
  2. Kies de juiste toon van je tekst: schrijf consequent u of jij. Gebruik de stijl die het beste bij deze lezer past.
  3. Houd het doel voor de lezer van je tekst voor ogen. Gebruik alleen woorden die dat doel dienen. Dwaal niet af.
  4. Gebruik eenvoudige woorden. Op de website zoekeenvoudigewoorden.nl is na te kijken of woorden in de B1 lijst voorkomen. Komen ze er niet in voor, kies dan voor een eenvoudiger woord.
  5. Gebruik woorden met een letterlijke betekenis. Vermijd spreekwoorden deze zijn lastig uit te leggen. (Om een voorbeeld te noemen: probeer maar eens letterlijk uit te leggen: ‘Ergens een broertje aan dood hebben’ of ‘Een wit voetje halen’).
  6. Gebruik korte zinnen van ongeveer 10-15 woorden.
  7. Zorg voor een logische samenhang in de tekst: inleiding, midden, afronding.
  8. Gebruik alinea’s zodat het overzichtelijk per stukje te lezen is. Ook deze alinea’s moeten een duidelijke samenhang hebben.
  9. Geef deze alinea’s duidelijke titels of tussenkopjes die verwijzen naar de inhoud.
  10. Laat de tekst lezen door iemand met het niveau van je doelgroep en vraag hen om feedback. Stel vragen om te checken of zij de tekst begrepen hebben.

Veel succes met schrijven! Mocht je hulp nodig hebben, hoor ik het graag.

Wil je meer tips ontvangen? Meld je dan aan voor tips en nieuws door hier te klikken.

Als je hier klikt kun je lezen wat Marjan allemaal schrijft.

 

Hartelijke groet,

Marjan

Krab achter je oren 10: uitleg over taalniveaus

Bij het schrijven van teksten is het verstandig om rekening te houden met het taalniveau van de doelgroep. Ik ga je deze keer uitleggen wat de taalniveaus inhouden. In deel 8 van ‘Krab achter je oren’ schreef ik het rekening houden met deze niveaus namelijk als één van de 10 tips voor je. Naar aanleiding van vragen van lezers ga ik dit uitleggen.

In Nederland heeft men onderscheid gemaakt in 6 taalniveaus: van gemakkelijk naar moeilijk zijn dat: A1, A2, B1, B2, C1, C2. Iemand met hoogste taalniveau (C2) kan alle teksten lezen en begrijpen. Iemand met taalniveau B1 kan teksten lezen en begrijpen van dat niveau en de onderliggende niveaus; dus het eigen niveau B1, en de onderliggende niveaus A2 en A1.

Wat begrijpt iemand met een bepaald taalniveau?

Niveau A1: bekende woorden/namen en korte, zeer eenvoudige zinnen en mededelingen.

Niveau A2: korte zinnen over bekende onderwerpen. (Dit is het inburgeringsniveau).

Niveau B1: feitelijke teksten uit eigen werk- of leefomgeving.

Niveau B2: vele teksten uit hun eigen interesse of vakgebied. Begrip van specialistische teksten bij voldoende kennis op dat gebied.

Niveau C1: begrijpt tot in detail lange, complexe teksten. Ook specialistische thema’s en lange technische instructies buiten het eigen vakterrein.

Niveau C2: alle teksten. Ook teksten met vaktermen, metaforen en zeer abstracte taal.

 

In percentages uitgedrukt heeft onze Nederlandse bevolking de volgende taalniveaus:

Niveau A1: 5%

Niveau A2: 15%

Niveau B1: 40%

Niveau B2: 25%

Niveau C1: 10%

Niveau C2: 5%

Zoals je ziet hebben de meeste mensen een B1 taalniveau. Als je tekst schrijft op dit niveau is dat te begrijpen voor ongeveer 80% van de bevolking.

 

Wil je tips over het schrijven van een tekst op B1 niveau? Die geef ik je volgende week in deel 11 van ‘Krab achter je oren’. Klik hier om je aan te melden en je krijgt een mailtje als deze online staat.

Hartelijke groet,

Marjan

 

Krab achter je oren! deel 2: slimme klachtenbrief

Stel, je bent 70 jaar, woont alleen en bent laaggeletterd. Je krijgt een slimme meter en de monteur -die de cursus van 2 weken heeft gevolgd om slimme meters te installeren- maakt alle groepenkasten los. Dit omdat “zo’n oud vrouwtje al die groepen niet nodig zou hebben”. Vervolgens zit je in de komende weken een aantal keer zonder stroom omdat je elektrische kachels die ’s nachts opladen die ene overgebleven hoofdstop eruit laten knallen. Je belt een monteur en deze komt tot twee maal toe dit herstellen en is daar een hele dag mee bezig. Enkele dagen later volgt de rekening van de reparatie.

Moet je deze nu betalen? Terwijl er voor de eerste aanpassing geen probleem was en alles prima werkte?

Natuurlijk niet! Marjan helpt je bij het schrijven van een brief aan de betreffende instanties.

In dit verhaal uit de praktijk heeft deze mevrouw dankzij de brieven van Marjanschrijft.nl haar geld teruggekregen mét excuses.

Wil je weten wat Marjan voor jou kan doen? Klik hier 

Of klik hier voor de link naar de contactpagina.